Margot Dieleman
WIND
WIND #1

Fragmenten uit de inleiding door Griet Ivens, 4 mei 2014

Ik citeer hier graag even de jonge en zeer interessante Mexicaanse schrijfster Valeria Luiselli. “De voetganger zal zich het ritme van de stad moeten aanmeten en blijk moeten geven van dezelfde eenduidige intentie als de andere voorbijgangers. Elke onregelmatigheid van zijn pas maakt hem een doelwit van verdachtmakingen. Wie te langzaam loopt zou wel een misdaad kunnen beramen, een toerist zijn of verdwaald zijn geraakt. Wie rent zonder sportieve kledij zou op de vlucht kunnen zijn voor de wet, of nog beter: schandalige haast hebben die eens goed in de gaten gehouden dient te worden. Behalve degenen die gewoon nog met hun hond uit wandelen gaan, de kinderen die van school terugkeren, de alleroudsten en de straatverkopers, heeft niemand in de hedendaagse stad het recht een slentertempo aan te nemen.” Misschien moeten we de kunstenaar aan het rijtje bevoorrechte slenteraars toevoegen. En in zijn kielzog de toeschouwer.

...

Er is hier ook WIND. Veel WIND: een stille bries, een windstoot, meewind en tegenwind. Wind voert dingen en gedachten mee. Wind ontregelt en verfrist. Wind laat wolken drijven, haren wapperen, kippenvel onder je kleding verschijnen, ogen tranen en stof opwaaien.

...

De kunstwerken infiltreerden. Ze eigenden zich de ruimte toe met een vanzelfsprekendheid die alle kunstmatigheid van zich afwerpt. Ze suggereren, doen dromen en denken. Ze zetten aan om eindeloos te associëren. De kijker plooit terug op zichzelf. Het kleine schilderijtje van Robert De keersmaecker van een schommel in de bomen doet het verlangen groeien…. Een foto van een lachend meisje, het beeld al wat vergeeld en besmeurd, bindt toekomst ‘de jeugd’ plotsklaps aan het verleden. De tijd tikt ongenadig verder. “Mooier dan dit gaat het niet meer worden” ligt daar achteloos grappig en op die manier treffend uitgescheurd.

...

Wegkijken in zwart en wit doen ook de personages in de collages van Margot Dieleman. Zij komt met deze werken voor het eerst naar buiten. Verwarring alom. Heel sterk geladen. De spanning van het aanraken: als een streling , maar ook als een sneer. Zoveel emoties gebald in één object. Want dat zijn haar collages stuk voor stuk. Fascinerend en ook ‘niet weten wat en hoe’, esthetisch maar niet mooi zonder meer. Façade en inhoud trekken aan elkaar.

...

De foto’s van Margot Dieleman zijn ook het resultaat van een immer alerte blik. Daar waar de schilderijen van Robert van ver soms foto’s lijken, krijg je bij de werken van Margot de indruk van subtiele schilderijen. De geest van Gerard Richter loert soms om de hoek. Het warme drieluik aan de ingang, alsook het drieluik aan de tuinzijde is hierbij voor mij een referentie. Foto’s van Margot zijn van een scherpte die verstomt. Geen technische of academische scherpte, wel een loepzuivere schildering van de ziel, van wat zich aan de binnenkant bevindt. Zonder altijd exact te weten wat er wordt verbeeld, bevat elk werk een grote emotionaliteit. Anderzijds is het fascinerend om bij op het eerste gezicht duidelijke beelden zoals verdorde grashalmen, wolken boven Lillo, toch weer een diepere laag te ontwaren. Dat is hier niet enkel de verdienste van de beelden op zich, dat moet gezegd. De combinatie van het angstvallig gecamoufleerde kalende achterhoofd van een man op een schilderij van Stremes, starend in de leegte, geflankeerd door de reeds aangehaalde dorre grashalmen van Dieleman, laat op milde wijze het leven lezen. Wat er maar van overblijft”, titel van de foto van Margot, en tevens gedicht van bevriende dichteres Ottie Borggraef maken de associatie compleet.

...

En ja, ergens wappert wel een vlag. Robert De keersmaecker zou met WIND zijn curatorschap bezegelen. Zijn wimpels bundelen op subtiele wijze alles wat hier staat of hangt nu al tot een goede herinnering.

...